Sinds 1993 zijn advocaten verplicht waakzaam te zijn voor witwaspraktijken bij hun cliënten. Dit wil zeggen dat wanneer zij verdachte verrichtingen of merkwaardige zaken opmerken met betrekking tot de identiteit van cliënten, dit zullen moeten melden. Maar hoe werkt deze waakzaamheidsplicht en cliëntenonderzoek precies?
Algemene taak van de advocaat
Reeds in 1993 werd een wet tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme uitgevaardigd en dienen aldus advocaten een oogje in het zeil te houden. Deze wet werd door de Wet van 18 januari 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten up to date gebracht.
Voor advocaten bestaat dan ook de deontologische plicht om maatregelen te treffen ten einde dergelijke witwaspraktijken of terrorismefinanciering te voorkomen.
Op de advocaat rust de algemene verplichting om de identiteit van een potentiële cliënt en van de begunstigde van een transactie te onderzoeken. Daarnaast controleert de advocaat bepaalde gestelde verrichtingen en zakelijke relaties. Het onderzoek wordt in evenredigheid met het risico op witwaspraktijken of terrorismefinanciering gevoerd.
Wanneer voert de advocaat dit onderzoek?
Wanneer een cliënt vraagt om hem of haar bij te staan bij het voorbereiden of uitvoeren van onder meer een van de volgende verrichtingen betreffende:
- De aan- of verkoop van onroerende goederen;
- Het beheren van geld, effecten of andere activa;
- De opening of het beheer van bank-, spaar- of effectenrekening;
- Het organiseren van inbreng die nodig is voor de oprichting, de werking of het beheer van vennootschappen;
- De oprichting, werking of het beheer van vennootschappen, trusts, fiducieën of soortgelijke juridische constructies.
De controle dient tevens uitgevoerd te worden wanneer de advocaat in naam en voor rekening van de cliënt financiële verrichtingen of verrichtingen in een onroerend goed dient te stellen.
Wat onderzoekt de advocaat?
Het is aan de advocaat om de identiteit van de partijen te onderzoeken. Hij of zij dient de partijen te identificeren en te verifiëren waarbij de kenmerken van de cliënt en het doel en de beoogde aard van de zakelijke relatie of de occasionele verrichting moeten worden beoordeeld. Indien nodig zal de advocaat extra informatie inwinnen.
Daarnaast blijft de advocaat over een aanhoudende waakzaamheid te beschikken in de relatie met cliënt voor het geval dat er wijzigingen in het risicoprofiel zouden ontstaan. Op basis van de verworven informatie wordt een risicoprofiel opgesteld.
Wat gebeurt er in geval van vermoeden van witwaspraktijken of terrorismefinanciering?
Mocht het zich voordoen dat de advocaat tijdens zijn onderzoek weet krijgt of een vermoeden heeft van witwaspraktijken of terrorismefinanciering wordt hij of zij verplicht dit te melden aan de Cel voor Financiële Informatieverwerking (hierna: CFI). De CFI is een onafhankelijke administratieve overheid onder toezicht van de ministers van Justitie en Financiën en staat onder leiding van een magistraat. Zij zullen de verdachte transacties controleren.
Daarenboven is de advocaat verplicht de Stafhouder van de Orde waartoe hij of zij behoort onmiddellijk op de hoogte te brengen. Hierop wordt een uitzondering geformuleerd, namelijk wanneer de informatie verkregen werd door de cliënt of wanneer de cliënt in het kader van een rechtsgeding verdedigd of vertegenwoordigd wordt. Het is dan aan de stafhouder om te beslissen of de informatie wordt doorgestuurd aan de CFI.
Heeft u nog vragen of nood aan advies?
Aarzel niet en contacteer Ad Verlaw of stel uw vraag rechtstreeks via ons digitaal loket (ook mogelijk vanuit het buitenland).